Astrid Lindgren (1907-2002) was een Zweedse schrijfster van verhalen voor zowel kinderen als volwassenen. Haar meest bekende boeken gingen over de avonturen van Pippi Långstrump, in het Nederlands Pippi Langkous. Toen haar dochter op 7 jarige leeftijd ziek te bed lag bedacht ze ter plekke een verhaal over Pippi. Pas 3 jaar later schreef ze de verhalen ook neer - als cadeau voor haar toen 10-jarige dochter.
Pippi Langkous werd het begin van een nieuw tijdperk in de kinderboekenwereld. Ze werd een symbool voor de vrije mens die conventies en autoriteiten overboord zette en zo het kind en de kinderliteratuur bevrijdde van de zware moraal. Astrid Lindgren wordt daarom wel beschouwd als een van de zogenaamde ‘giganten’ van de Zweedstalige kinderliteratuur, die de leefwereld en de fantasie van het kind centraal plaatsten. Ze vond ook dat kinderen moesten weten wat verdriet, kwaad en de dood zijn. Die zijn aanwezig in de wereld en kinderen moeten daarmee leren omgaan.
Toen Lindgren debuteerde als schrijfster, maakte ze een periode van ziekte en zorgen om de familie door. Vooral de herfst van 1944 was zorgelijk. Ze begon spontaan te schrijven, als een uitweg van de werkelijkheid en een therapie tegen de zorgen: "Als ik schrijf, ben ik onbereikbaar voor alle zorgen".
Haar boeken zijn vertaald in bijna 90 talen in 100 landen, waaronder Thai, Russisch, Arabisch en Slowaaks. Ze verkocht in totaal meer dan 100 miljoen exemplaren. De Franse vertaling van Pippi Langkous verscheen in 1951 en werd streng gecensureerd, omdat het boek werd beschouwd als anarchistisch en provocerend. De eerste ongecensureerde Franse versie van Pippi Langkous verscheen pas meer dan 40 jaar later in 1995.
Ze staat afgebeeld op de nieuwe Zweedse bankbiljetten van 20 kronor:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten