dinsdag 26 juli 2016

Dag 2: Schapen ontwijken en het TT syndroom

Spek met eitjes?

Dag 2, 7u30. Ik ben blij dat het ochtend is en ik uit de tent kan. De nacht was verschrikkelijk. Onze matrassen waren veel te dun en de grond veel te hard. Opeens weet je dan waar je heupen, schouders, ellebogen en knieën zitten. En de eerste nacht onder een dun nylonlaagje waar de regen op klettert is niet echt rustgevend (stel dat de tent het begeeft?). Tussen de regenbuien door spurten we naar de douches, die gelukkig proper zijn en waar - behalve enkele muggen - geen andere levende ziel te bekennen is. Mijn romantisch idee van spek en eitjes koken als ontbijt valt letterlijk in het water, dus houden we het op havermout met verse blauwe bessen, banaan en melk. Het voordeel van koud en nat weer is dat de melk tenminste vers blijft - laten we ons op het positieve focussen!

Proppen!

Op de een of andere manier stopt het dan toch met regenen wanneer we onze luxe-accommodatie van de nacht afbreken en opvouwen. Van mooi in de verpakking krijgen is geen sprake. Dat is zo typisch aan alles wat met kamperen te maken heeft. Het ziet er allemaal mooi en compact uit in de winkel. Maar eens je de tent uit de verpakking haalt krijg je die er met geen mogelijkheid weer in. Ik heb veel bewondering voor de rugzaktoeristen die dagelijks hun tent en slaapzak in het veel te kleine zakje moeten murwen - hoe heeft het er ooit in de eerste plaats in gepast? Wij hebben een grote kofferbak, dus zijn minder precies in de perfectionering en positionering van de verpakkingen - gewoon proppen waar er nog plaats is. En daarbij, het begint weer te regenen, dus vooruit met de geit.

Local wildlife

Of met het schaap. Want die komen we gewoon op de weg tegen. We zijn tenslotte in een natuurreservaat. Dus je moet je aan je snelheid houden en rekening houden met het 'wildlife' dat zich niet aan de snelheid houdt. Alhoewel je een schaap niet echt 'wild' kan noemen. Ze gaan gelukkig snel aan de kant en voelen zich niet geroepen de auto te rammen. Ondanks het natte en mistige weer is er geen twijfel aan dat we door een bijzonder mooi stukje natuur rijden. Hier en daar staan er vakantiehuisjes en er zijn een paar kleine campings. Het is duidelijk dat er veel moeite wordt gedaan om de natuur te beschermen. Blijkbaar is dit het laatste hoge bosgebied (10 pieken boven de 2000 meter) in Europa waar nog wilde rendieren, wolverines, sneeuwvossen en Gouden arenden samenleven.

De Peage van Trondheim

Het blijft regenen, dus blijven we rijden. Iets buiten Trondheim kopen we een pomp om de luchtmatrassen op te pompen want de fietspomp die we bij hebben is van geen enkel nut. Op de ring van Trondheim beslissen we naar de buitenfjorden te rijden om daar een kampeerplaats te vinden. Slechte beslissing: we rijden recht in een onweer. Het is zo hevig dat we zelfs bij maximum snelheid van de ruitenwissers bijna niets zien . Ze gaan zo hevig tekeer dat ik vrees dat ze van de voorruit zullen vliegen. De wijze beslissing is omkeren, dus voor de derde keer door de peage. De stad Trondheim heeft een goede klant aan ons vandaag. We willen niet wegrijden van de stad want we willen er wel eens in rondslenteren dus gaan we op zoek naar een camping en rijden daarbij een beetje verloren en weeral een paar keer door de peage.

Camping 2

Iets buiten Trondheim vinden we dan eindelijk een camping waar het onthaal alles behalve vriendelijk is. Maar we zijn hier niet om vriendjes te worden met de receptionisten, maar om een tent op te zetten. Dat lukt wanneer het even stopt met regenen. We kruipen in de tent en op onze dikke luchtmatrassen. Die zijn na de harde grond van vorige nacht zeer heilzaam voor de spieren en gewrichten. We proberen wat te lezen en wachtten tot de regen ophoud zodat we een potje kunnen koken. Na een tijdje houd ik het niet meer uit in de tent die naar natte hond en zweetvoeten ruikt. Met mijn regenjas aan verken ik het terrein van de camping en stuit tot mijn grote vreugde op grote struiken vol met rijpe, dikke en zoete frambozen. Ik pluk naar hartenlust en vind ook nog wat wilde aardbeien. Rond 21u is het droog genoeg om onder een boom te koken. Eindelijk spek! Maar niet met een eitje maar met erwtjes en worteltjes en puree. Het smaakt. Het voordeel van afzien in de buitenlucht is dat je eten altijd ongewoon goed smaakt.

Nachtelijke bezoekers

Na het eten liggen we snel in onze slaapzak. Het zandmannetje is net langsgekomen en we voelen de slaap komen wanneer er rond 23u30 een auto naast onze tent parkeert en er een hele reeks van activiteiten gebeuren. Deuren open en toe, gesprekken tussen volwassenen, gezeur van kinderen tussendoor, 15 luchtmatrassen die opgepompt worden, 7000 tentijzers die in de grond worden gehamerd. En daarna gegiechel en gebabbel in hun tent. Het is een fenomeen dat nog vaak zal terugkomen: het TTS oftewel TentToonhoogteSyndroom. Het ik-lig-in-mijn-tent-van-3mm nylon-en-denk-dat-niemand-mij-kan-horen syndroom.
En of dat allemaal nog niet erg genoeg is passeren er die nacht verschillende toeterende treinen (we liggen dicht aan een spoor) en scheren laaghangende vliegtuigen over (de luchthaven van Trondheim is blijkbaar niet ver).

Camping 2: Storsand Gård Camping, Malvik
Afstand: Rond de 350 km, moeilijk te zeggen met al onze misrijdingen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten